Feline parvovirus, soms katachtige panleukopenie of kattenziekte genoemd, is een potentieel levensbedreigende ziekte. Wanneer uw kat besmet raakt met kattenparvo, lijkt hij in eerste instantie misschien depressief. Hij kan minder energie hebben of zich voor lange periodes verbergen. Zijn eetlust neemt waarschijnlijk ook af. Naarmate de ziekte vordert, kan zijn vacht schraal worden en kan hij afvallen, vooral als hij vaak overgeeft of diarree heeft. Andere symptomen zijn onder meer dat hij zijn kin plat op de vloer laat rusten of zijn voeten langdurig onder zich laat zitten.
Symptomen die uw dierenarts ziet
Uw dierenarts controleert op een abnormaal aantal witte bloedcellen, en zo wordt de ziekte vastgesteld. Hij zoekt ook naar bloedarmoede met ijzertekort, een aandoening die van invloed is op de rode bloedcellen van uw kat en het zuurstoftransport. De dierenarts voert neurologisch onderzoek uit op uw kat, waarbij hij de leerlingen en bewegingen controleert op slechte coördinatie of tremoren. Eventuele neurologische afwijkingen duiden erop dat het virus de hersenen van je arme vriend kan aanvallen. Koorts, uitdroging, vergrote lymfeklieren en buikpijn zijn andere symptomen van kattenparvo.
Virusoverdracht
Hoewel de ziekte een soort parvovirus is, is het anders dan de spanning die op honden voorkomt - het verspreidt zich alleen tussen katten en een paar andere dieren zoals fretten en wasberen. Het wordt meestal verspreid door lichaamsvloeistoffen of vlooien met geïnfecteerd bloed. Als u echter in contact komt met een geïnfecteerde kat, kunt u de ziekte overdragen aan uw kat, hoewel u niet ziek zult worden.