Volgens de wet van Californië moeten alle honden ouder dan 4 maanden een vaccinatie tegen rabiës. De hond moet zijn eerste vaccinatie krijgen op de leeftijd van 3 maanden, met een nieuwe vaccinatie een jaar later. Hierna moeten honden om de drie jaar een hondsdolheid-injectie krijgen. Op grond van de nationale wetgeving mag alleen een dierenarts of een erkende veterinaire technicus die onder veterinair toezicht staat een rabiësvaccin toedienen.
Hondsdolheid en licenties
Om een vergunning voor een hond in Californië te verkrijgen, is een bewijs van rabiësvaccinatie vereist. U moet een officieel vaccinatiecertificaat indienen met uw naam, adres en telefoonnummer als eigenaar van de hond, samen met de beschrijving van het dier. Dit omvat geslacht, kleur, leeftijd en ras. Het certificaat bevat de immunisatiedatum, de naam van het vaccin met het partijnummer en de naam en het adres van de dierenarts die de injectie toedient.
Vaccinvrijstelling voor hondsdolheid
Californië staat een eigenaar toe om in sommige omstandigheden een vrijstelling voor rabiësvaccinatie aan te vragen. Het staatsrecht staat een vrijstelling toe als de vaccinatie dit zou kunnen het leven van de hond in gevaar brengen. De dierenarts van de eigenaar moet een verzoek indienen bij de plaatselijke gezondheidsfunctionaris of het lokale dierencontrolebureau, afhankelijk van het rechtsgebied, samen met documentatie waarin het potentiële risico voor de gezondheid van de hond wordt geschetst.
Indien goedgekeurd, kan de hond het pand van de eigenaar niet verlaten, tenzij hij aangelijnd is op minder dan 6 voet lang. De vrijgestelde hond kan niet in contact komen met andere honden of katten die niet zijn gevaccineerd tegen rabiës. De vrijstelling is slechts goed voor een jaar. Na die tijd moet de hond worden gevaccineerd of moet de dierenarts van de eigenaar een nieuwe vrijstelling aanvragen.